Terug naar boven

Motteheuvel te Boxtel

Een motte is een geheel of gedeeltelijk kunstmatig aangelegde aarden heuvel waarop een houten en later eventueel een stenen burcht kon worden gebouwd. Gewoonlijk ligt er een droge of natte gracht rond. In de provincie Noord-Brabant ligt nog een motteheuvel in Eindhoven, in de tuin van het klooster Mariënhage. Op deze heuvel, die nu nog ongeveer twee meter hoog is, heeft een kasteel gestaan met de naam Ten Hage. Ook het kasteel van Heeswijk is in oorsprong een motteburcht die in zijn huidige vorm goed illustreert hoe zo’n kasteel verder evolueerde naar een stenen kasteel. (Foto A)

In de twaalfde eeuw, en mogelijk nog eerder, lagen zowel in de Dommelbocht bij Sint-Oedenrode als in de bocht bij Boxtel burchten. In tegenstelling tot de locatie van de burcht van Sint-Oedenrode, was die van Boxtel minder duidelijk. Vrij recent is onderzoek gedaan naar de middeleeuwse wortels van Boxtel. De vraag was of die in het huidige centrum van Boxtel lagen op en rond de kerkheuvel in Boxtel of eerder bij het kasteel Stapelen.

Oudste schriftelijke gegevens

De oudste schriftelijke vermelding van Boxtel vinden we in een ongedateerde oorkonde van gravin Adelheid, dochter van graaf Everhard, uit het einde van de elfde eeuw.[1] Onder de getuigen bevond zich ‘Hatbertus de Buxtel’. Camps, de uitgever van het betreffende deel van het Oorkondenboek van Noord-Brabant, veronderstelde dat deze ‘Hatbertus de Buxtel’ dezelfde is als ‘Harpern de Buchestelle’ die samen met zijn broer ‘Meinnere’ in een iets latere, maar eveneens ongedateerde oorkonde van de aartsbisschop van Keulen als getuige wordt genoemd.[2] In 1144 treedt Harper Harperts van Randerode op als Harpern ‘von Buekestella’, waaruit blijkt dat hij dan de heer van Boxtel is.[3]

Locatie mottekasteel Boxtel

De familie van Randerode, die al vanaf de twaalfde eeuw rechten had in Boxtel, verbleef hoofdzakelijk in het Duitse Randerath – waar de familie een mottekasteel had – en in Keulen. Randerath ligt nu in Duitsland ten oosten van Sittard en op ruim honderd kilometer van Boxtel en de vraag is natuurlijk waar de heren verbleven wanneer zij in Boxtel waren. Het nu nog bestaande kasteel Stapelen komt niet in aanmerking, omdat dit niet zulke oude elementen bevat.[4] (Foto B)

Een andere mogelijke locatie is de zogenoemde kerkheuvel in het centrum van Boxtel, op de plaats waar nu de vijftiende-eeuwse Sint-Petruskerk staat. De kerkheuvel zelf is een natuurlijke, door mensen opgehoogde donk, met daar rondom een deels natuurlijke, deels gegraven gracht. Van deze natuurlijke donk is een motte gemaakt. Er zijn aanwijzingen dat rond 1050 op deze motte de versterkte woonplaats of motteburcht voor de heren van Boxtel werd gebouwd, maar bewezen is dit (nog) niet.[5]

Karel Leenders vermoedt dat Boxtel-binnen-de-Bruggen in verschillende fasen is gebouwd, waarbij de kerkheuvel of burcht met bijbehorende bebouwing de aanzet voor stadsvorming zou hebben gegeven. Een ruimtelijke evolutie dus van een ‘burcht met agrarische aanhorigheden’ naar het dorp ‘Boxtel-binnen-de-Bruggen’, het centrale gebied van Boxtel.[6]

Rond 1280 lijken de heren van Boxtel het burchtcomplex te hebben verlaten ten gunste van kasteel Stapelen. Op de motte/kerkheuvel bouwden zij toen de romaanse voorganger van de huidige gotische Sint-Petruskerk.[7]

 


[1] Camps, Oorkondenboek I, 50-53, nr. 32, ongedateerd [1076 apr. 27 -1099 apr. 14]. Deze oorkonde is door Bijsterveld, Do ut des, 74, noot 35, nader gedateerd tussen 1079 en 5 januari 1085.

[2] Camps, Oorkondenboek I, 55-56, nr. 34, gedateerd [1100 jan. 6-1110 apr. 3].

[3] Coenen, Baanderheren, 24-27.

[4] Leenders, ‘Concurrentie of navolging?’, http://users.bart.nl/~leenders/txt/boxbin.html.

[6] Voor een schets van deze oudste ruimtelijke elementen door Leenders, zie www.heemkundeboxtel.nl/images/stories/div_pdf/kerkheuvel_v1565.pdf, 39. Zie ook Leenders, ‘Concurrentie of navolging?’.